#guid
18DDEFE004A147368788A0584ED69F40
Vindplaats origineel
BHIC 's-Hertogenbosch
Het gebied waar Heesch ligt was al omstreeks 2000 v.Chr. bewoond (Vorstengraf (Oss).
De oudste schriftelijke vermelding van Heesch stamt uit 1191. Hierin wordt melding
gemaakt van de tienden van Heesch. Vóór 1298 was er al sprake van een gemeynt en op
18 oktober 1329 gaf Hertog Jan III van Brabant nog een groot complex gemeenschappelijke
gronden uit. In 1364 was er sprake van een schepenbank.
Vanouds was Heesch een agrarische gemeente met overwegend schrale zandgronden. Maar
een beperkt gedeelte was geschikt voor het verbouwen van rogge, haver en boekweit.
Naast de landbouw was zeer bepalend voor de geschiedenis van Heesch dat het dorp halverwege
’s-Hertogenbosch en Grave ligt. Voetgangers, ruiters en rijtuigen gebruikten het dorp
als pleisterplaats. Ook de paardenposterij had er een station.
Heesch werd omstreeks het midden van de 13e eeuw een zelfstandige parochie. Vanaf
de 15e eeuw is de Sint-Petrus'-Bandenkerk bekend. Deze lag op de hoek van de huidige
Osseweg en Goorstraat. Het gebouw stamde wellicht uit 1400 en de toren bevatte nog
Romaanse elementen. Na 1648 werd het een hervormde kerk en de katholieken bouwden
na 1672 een aan de Heilige Dionysus gewijde schuurkerk in de buurtschap Heelwijk,
ten zuiden van het dorp. De kerk werd in 1798 teruggegeven maar pas in 1811 weer door
de katholieken in gebruik genomen.
Bronnen: Wikipedia en Website BHIC, Heesch.
Brabants Historisch Informatie Centrum
Heesch beslaat een oppervlakte van 2637 H.A., waaronder 2543 ruim belastbaar land.
De bodem bestaat geheel uit schrale zandgrond en is over het algemeen onvruchtbaar.
Rogge, haver en boekweit worden veel geteeld, waarvan de haver voor de beste uit de
omstreken gehouden wordt. Vol¬gens een haardtelling uit 1433 waren er in Heesch 146
hui¬zen. Cuvelier, J. Les denombrements des foyers en Brabant,480- 481. (2) wat gerekend
wordt op 730 inwoners. Hiervan waren 38 woningen van armen of onvermogenden. In 1464
was het getal woningen 149. Toen ging het getal achteruit, wat trouwens in geheel
Brabant waar te nemen was. In 1472 vin¬den wij 132 huizen (660 inwoners), in slechts
1480 slechts 93 huizen en 465 inwoners en in 1496 nog maar 59 woningen en 295 inwoners.
De vooruitgang in Brabant na dit jaar had ook nog op het inwonerstal van Heesch zijn
invloed. In 1526 vinden wij weer 136 huizen en 630 inwoners, waaronder slechts 18
armenwoningen. Bij de gehouden telling van het aantal in-woners in 1795 bedroeg dit
aantal 1277 en in 1805, 1283 zielen. Tot vergelijking geven wij hier het aantal huizen
in 1433 van enkele plaatsen uit het kwartier van Maasland: Oss, 361; Nistelrode, 166:
Geffen, 163; Lith, 161; Megen, 86; Macharen, 31; Haren, 25; Teeffelen, 13; Alem, 46;
Lithoyen, 78; Kessel, 48; Maren, 71; Heeswijk, 115. (3)
De oudst bekende vorm van bestuur is die van schepenen, welke in Heesch werden aangesteld
door de kwartierschout van Maasland, namens de hertog van Brabant. Er waren er 7 in
totaal, doch zelden was dit getal schepenen compleet. De schepenen hadden als voornaamste
taak de rechtspraak, zowel in zaken van contentieuze als volontaire aard. De contentieuze
rechtspraak beperkt zich tot civiele gedingen, welke door de schepenen collegiaal.
d.w.z. in schepenbank vergaderd, berecht werden. De aantekeningen hiervan werden door
de secretaris geschreven in de z.g. "dingrol" (zie de nos 118-126 van de inventaris).
De zittingen van de schepenbank duurden formeel van "Bamis" tot "Bamis" (10ct.) wanneer
nieuwe schepenen werden aangesteld. De
vrijwillige rechtspraak omvatte de eerste plaats boedelzaken, d.w.z. alle zaken van
beheer en verantwoording van goed van weduwen, wezen en insolventen. (zie de nos 127-130)
van de inventaris). Daarnaast stond het geloofwaardig maken van burgelijke rechtshandelingen,
als acten van transport, gelofte, erfdeling, overdracht en het bezwaren van onroerende
goederen, waarvoor men naar de schepenen ging als geloofwaardige personen. Schepenen
deden dit niet als college, doch als individuele personen. Van deze handelingen, door
de schepenen verricht, werden door de secretaris acten geschreven die aan de geinterresseerden
werden uitgereikt, tegen vergoeding van legesrechten. (Servaes van de Graaf: Hist.
Stat. beschreven van het koninkrijk Holland, 1,342.) [bron: inleiding inventaris J.
Cunen, 1932]
Het tegenwoordige raadhuis te Heesch, tot stand gekomen in 1338, is het eerste raadhuis
van de gemeente. Vroeger werden de raadsvergaderingen gehouden in een herberg. Op
17 maart 1728 bijvoorbeeld werd vergadering gehouden in de herberg van J. van Hooren,
begin van de 18de eeuw in een kamer boven een herberg. De archieven werden bewaard
ten huize van de secretaris en ook in de kamer, waar de raadsvergaderingen gehouden
werden. Voor beiden is een aanwijzing, die nog volgt. Ook was er, begin van de vorige
eeuw nog een kist of gemeente kom aanwezig, die misschien gestaan heeft, in een vertrek
van de toren, zoals op vele plaatsen gebruik was. De eerste aanwijzing van zorg voor
het gemeentearchief hebben wij, in een schepenvergadering van 8 augustus 1747, toen,
het in de buurt van Oss en Heesch onveilig was en men oorlogsdaden vreesde. (Oostenrijkse
sucessie oorlog ). De secretaris stelde aan de schepenen voor, alle gemeente bescheiden
naar Den Bosch over te brengen "om aldaar soo lange bewaert te worden, totdat de saeke
wat komen te verminderen". De vergadering resolveerde daarop "den secretaris deses
dorps van Heesch te gelasten ende te authoriseeren, om alle protocollen, documenten,
charters en papieren dese gemeente concerneerde, tot 's-Hertogenbosch in sodanise
secuure verzekerde plaats te laten brengen als hij sal vinden te behooren".
Heesch had in de 18e eeuw een secretaris gemeenschappelijk met Berghem, o.a,. de secretarissen
Lindberg en van Breugel van Bronchorst.
Van de gemeente Heesch werden in het jaar 1897 overgenomen de nummers 125-126; 148-149;
170-173; 203-204; 206; 20. (Aanwinst 1897 no. 74). In het jaar 1893 no. R. bijlage
99.
De inventaris van 1811 is verloren; de stukken zijn geïnventariseerd door Hanuse.
De stukken worden aangetroffen in een geheel willekeurige orde. Alle stukken schijnen
aanwezig. In 1924 werd van de gemeente overgenomen nr. 21. (Aanwinst 1924 nr. 15)
Het oud-administratief archief werd naar het rijksarchief te 's-Hertogenbosch overgebracht
en onder leiding van de heer rijksarchivaris geordend, terwijl het rechterlijk reeds
in 1916 door hem geordend, werd herzien. Bij de ordening van 1916 schreef mr. J. Smit
hiervan: "De stukken zijn in 1811 overgebracht naar de griffie van de arrondissements
rechtbank in het jaar 1863, door de rijksarchivaris over genomen." (aanwinst 1885,
no. 31.)
[bron: inleiding inventaris J. Cunen, 1932]
Verwijzing naar archiefstukken uit dit archief geschiedt door
(volledig): Brabants Historisch Informatie Centrum, toegangsnummer 7300 Dorpsbestuur Heesch, 1706-1810, inv.nr. ...
(verkort): BHIC, 7300 Dorpsbestuur Heesch, inv.nr. ...
Subjects:
Algemeen bestuur en Politiek