#guid
8A713236749C44AF9128A574133F18BB
Toegang
Inventaris
Gemeente
Montferland
De archiefvormer
Bergh, heren en gemeentewapen
De voormalige Gelderse gemeente Bergh, die per 1 januari 2005 met de gemeente Didam
de nieuwe gemeente Montferland vormde, ontstond in 1821 (met ingang van 1 januari)
uit een fusie van de drie schoutambten (gemeenten) 's-Heerenberg, Zeddam en Netterden.
Het aloude raadhuis van de stad 's-Heerenberg werd het bestuurscentrum. 's-Heerenberg
had als zodanig reeds een lange traditie. Het centrum van de macht in de regio was
gevestigd in het slot van de heren en graven van Bergh, gelegen aan de voet van de
heuvels van het Montferland. Willem, heer van Bergh verleende de bewoners van 's-Heerenberg,
de bij zijn slot ontstane nederzetting, in 1379 stadsrechten (beperkt zelfbestuur
en rechtspraak). Nog altijd neemt het monumentale kasteel Bergh bij de stad 's-Heerenberg
(zij het nu als belangrijk cultureel erfgoed) een dominante plaats in. Vanuit dit
kasteel bestuurden de heren, die in 1486 door de Roomse keizer tot de rijksgravenstand
werden verheven, hun gebied, het graafschap Bergh. Door deze situatie, die voortduurde
tot in de Franse tijd (1795-1813) laat zich de gemeentenaam Bergh dan ook verklaren.
Het in 1816 door de hoge raad van adel voor de gemeente 's-Heerenberg vastgestelde
wapen werd door de in 1821 nieuw gevormde gemeente gehandhaafd. Dit wapen was een
voortzetting van het aloude wapen van de stad 's-Heerenberg en was afgeleid van het
wapen van de heren van Bergh. Het gemeentewapen laat zich kortweg omschrijven als
zijnde een schild van zilver, beladen met een ten halve lijve uitkomende rode leeuw.
Het schild omzoomd met een zwarte rand waarop drie gouden penningen. Het grafelijke
wapen, met dezelfde kleurstelling, heeft een in zijn geheel afgebeelde klimmende leeuw
en de zwarte schildzoom telt elf gouden penningen.
Mairie, schoutambt, gemeente
Na de Franse tijd waarin de heerlijke rechten als voortbrengselen van de toen zo verfoeide
feodaliteit waren afgeschaft, had enige restauratie van de oude rechten plaats: tot
aan de gemeentewet van 1851 had de vorst Van Hohenzollern, als graaf van Bergh, nog
de hand in de benoeming van raadsleden, burgemeesters, wethouders (assessoren) en
andere gemeentelijke functionarissen.
Als overal in den lande was ook in het oude graafschap Bergh in 1811 de gemeentelijke
organisatie conform het Franse model ingevoerd. Dit model bleef ook na het vertrek
van de Fransen (1813) gehandhaafd. Zij het dan dat de benamingen van bestuurseenheden
en functionarissen werden ontdaan van de Franse terminologie. Zo werd 'mairie' korte
tijd vervangen door 'gemeente' en in 1816 door 'schoutambt'.
Toen de gemeente Bergh in 1821 ontstond uit het samengaan van de drie schoutambten
Netterden, 's-Heerenberg en Zeddam, werd de in die gemeenten sinds 1811 bestaande
organisatiestructuur gehandhaafd. Aanvankelijk werd de nieuwe bestuursorganisatie
ook nog aangeduid als 'schoutambt Bergh'. Dat veranderde in 1825 met het van kracht
worden van het nieuwe 'reglement op het bestuur ten plattenlande' (met ingang van
27 aug.). Voortaan was sprake van 'de gemeente Bergh' en de betiteling van de schout
werd veranderd in 'burgemeester'. De functiebenaming 'assessor' bleef gehandhaafd
om bij het van kracht worden van de gemeentewet in 1851 te worden gewijzigd in 'wethouder'.
Sinds 1851 was op basis van censuskiesrecht ook sprake van een gekozen gemeenteraad.
Voorheen waren de raadsleden benoemd door provinciale staten uit voordrachten die
werden samengesteld door de raad met goedkeuring van het grafelijke Huis Bergh (Hohenzollern-Sigmaringen).
Met het verlagen van de census nam het aantal kiesgerechtigden onder de ingezetenen
van de gemeente gestaag toe. Eerst in 1921 was er sprake van algemeen kiesrecht en
mochten ook vrouwen zich kandidaat stellen. Aanbevelenswaardige informatie bij de
bestudering van de personele invulling van het gemeentebestuur van Bergh is te vinden
in de publicatie 'Bergh, heren, land en volk' van de hand van A.G. van Dalen e.a.
(1979) waarin op de blz. 426-428 lijsten zijn weergegeven van burgemeesters, wethouders
en raadsleden uit de periode 1812-1979.
Woonkernen en buurtschappen
De in 1821 tot stand gekomen gemeente Bergh bestond behalve uit het stadje 's-Heerenberg
uit de dorpen Beek, Netterden, Zeddam Wijnbergen. Buurtschappen als Azewijn, Braamt,
Kilder en Stokkum zouden woonkernen gaan vormen die vroeg in de 20e eeuw de status
van dorpen kregen. Overige administratief als eenheden aangeduide woongebieden waren
de buurtschappen Vinkwijk, Vethuizen, Loerbeek en Lengel.
Het dorp Netterden werd met ingang van 1 september 1863 bij de gemeente Gendringen
gevoegd. Tijdens de voorbereiding van de aanleg van de grindweg van het dorp Gendringen
via Netterden naar Emmerik, was gebleken dat het gemeentebestuur van Bergh er geen
heil in zag om aan dit project deel te nemen. Er werd op hoger bestuurlijk niveau,
mede na verzoeken van de Netterdense bevolking, geoordeeld dat het belang van het
dorp beter gediend was met indeling bij de gemeente Gendringen, waarna zulks geschiedde.
120 Jaar later had een ingrijpende wijziging van de gemeentegrenzen plaats in het
noordoostelijke deel van de gemeente. Met ingang van 1 januari 1984 werd het dorp
Wijnbergen bij gemeente Doetinchem ingedeeld, waardoor die gemeente de fel begeerde
ruimte kreeg voor de aanleg van bedrijfsterreinen.
Het gemeentehuis
De administratie van de gemeente Bergh, was sinds 1821 gehuisvest in en bij het oude
monumentale raadhuis van de stad 's-Heerenberg dat in 1531 zeker al in die functie
bestond. In de jaren 1916-1918 werd het raadhuis, dat inmiddels door latere verbouwingen,
ontdaan was van de zestiende-eeuwse bouwkenmerken, 'teruggerestaureerd' naar de oorspronkelijke
toestand. In 1929 werd begonnen met de aankoop van belendende percelen aan de Marktstraat
en aan de Hofstraat (het oude stadhuis is een hoekpand) ten behoeve van de zich personeel
uitbreidende administratie. De aankoop van een aangrenzend logement, 'in den Swaen'
genaamd, had in eerste instantie de bouw van de ambtswoning van de burgemeester ten
doel. In 1981 werd deze woning omgebouwd tot kantoor voor de afdeling sociale zaken.
Bij de laatste grote uitbreiding in 1987, werd ten behoeve van het archief een onderkelderde
raadszaal gebouwd. Daarmee kwam een einde aan een lange periode waarin het archief
in de kelder van het oude raadhuis berustte. Met het opgaan van de gemeente Bergh
en de gemeente Didam in de gemeente Montferland (2005), trad een periode van onzekerheid
in over het verdere lot van het gemeentehuis, dat gelegen aan twee straten, uitgegroeid
was tot een conglomeraat van kantoren. Bij het schrijven van dit historisch overzicht,
eind 2007, was het gebouw (zoals het gemeentehuis van de fusiepartner, de voormalige
gemeente Didam) nog altijd in gebruik door de gemeentelijke administratie en bestond
over de uiteindelijke bestemming nog geen zekerheid.
-
Het stadhuis aan de Markt, vóór de restauratie in 1918. (Collectie Streekarchivariat
Regio Achterhoek)
Het archief
Deze plaatsingslijst is een aanvulling op het archief van het gemeentebestuur Bergh.
Het betreft voor een groot deel stukken die betrekking hebben op het samenstellen
van de begrotingen en rekeningen, maar ook op de contrôle van het financieël beheer
van de burgerlijke instelling van weldadigheid en het Burgerlijk Armbestuur. Van
laatstgenoemde instelling is ook een aantal verslagen van vergaderingen aanwezig.
De andere stukken betreffen vooral de gemeentelijke taken op het gebied van woningbouw,
bouwtoezicht, bevolking, onderwijs en aanleg en onderhoud van wegen. Wat de inzage
betreft kan gemeld worden dat geen beperkende bepalingen op de openbaarheid zijn gesteld.
Het archief heeft een omvang van 3 strekkende meter
Doetinchem, 16 april 2013
J. Barkhuysen
Subjects:
Gemeentearchief
Algemeen bestuur en Politiek