Inhoud
Notulen beleidsraad en bestuur en andere vergaderstukken (vanaf 1964), jaarverslagen,
correspondentie; dossiers betreffende commissies, onder andere Commissie Buitenland,
werkgroepen, acties, bestuursstructuur, studiefinanciering, bezettingen, Landelijk
Overleg Grondraden (LOG), Landelijke Studenten Vakbond, Rode Eenheid Sociologie, Rode
Eenheid Psychologie en de Nederlandse Studentenvereniging voor Wereldrechtsorde Amsterdam.
Stukken van bestuursleden Frans Berkers, Erica Burggraaff, Tineke Hengst, Andre Hofman,
Elli Izeboud, Margreet Onrust, Jan-Dirk Pronk, Victor Rutgers, Erna Treurniet en Henk
Jan van Vliet.
Geschiedenis
Studentenraad Vrije Universiteit (SRVU) opgericht in 1947 door het studentencorps
aan de VU 'ter behartiging van sociaal-economische en onderwijstechnische belangen
van studenten...'.
Geschiedenis archiefbeheer
De acquisitie van het archief door het IISG is mede tot stand gekomen door de inspanningen
van de auteurs van het boek 'Bijzondere Studenten' . Een tijdens een SRVU-reünie gedane
oproep aan oud-activisten om materiaal af te staan, heeft aanvullingen op het archief
opgeleverd. Het eigenlijke archief is steeds bewaard in het gebouw van de SRVU. Binnen
het bestuur was slechts incidenteel een bestuurslid belast met de verantwoordelijkheid
voor het archief. Dit vormt een gedeeltelijke verklaring voor de lacunes in het archief.
Daarnaast is bij de verhuizing van het SRVU-onderkomen van de z.g. gele barak naar
de z.g. blauwe barak in het cursusjaar 1982/83 een deel van het archief weggegooid.
Het is onduidelijk of bij deze grote schoonmaak veel relevant materiaal is weggegooid,
of dat het slechts duplicaten betrof. Het archief is in de loop van 1989 overgebracht
naar het IISG. Later zijn nog enkele aanvullingen gevolgd.
Bewerking
Inventaris gemaakt door Bouwe Hijma in 1993; aanvulling gemaakt in 1999; aanvullingen
2009, 2017 en 2019 door Bouwe Hijma.
Ordening
Met de inventarisatie van het in 1989 overgebrachte gedeelte is een begin gemaakt
door Ineke Deurwaarder, een van de auteurs van de genoemde bundel over de geschiedenis
van de SRVU. Zij schreef tevens het grootste deel van deze inleiding. De inventarisatie
is in 1993 afgerond door ondergetekende. Bij de inventarisatie is in grote lijnen
de indeling aangehouden die is gehanteerd bij de ordening van het archief van de Algemene
Studenten Vereniging Amsterdam (ASVA). Omdat de individuele personen die archiefmateriaal
hebben afgestaan zonder uitzondering een lange staat van dienst binnen de SRVU achter
zich hebben, daarin verschillende functies vervulden en soms als enige nog over de
originele stukken beschikten, is in een vroeg stadium besloten af te zien van een
uitsplitsing tussen persoonlijke archieven enerzijds en de archieven van bestuur en
commissies anderzijds. De individuele archiefgevers gingen accoord met opname van
de door hen afgestane archivalia in een algemeen SRVU-archief. Waar deze informatie
relevant leek, is bij de beschrijving vermeld van wie de stukken afkomstig zijn.
Raadpleging
Vrij
Inv. nr.16 was gesloten tot 01.01.2000.
Aanbevolen citeerwijze
Archief Studentenraad Vrije Universiteit (Amsterdam), inventory number ..., International
Institute of Social History, Amsterdam
11.75 m. meter
DE GESCHIEDENIS VAN DE SRVU (1)
De geschiedenis van de Studentenraad Vrije Universiteit (SRVU) hangt nauw samen met
de wijze waarop studentenbelangen - in de meest brede zin van het woord - in de loop
der tijd op de Vrije Universiteit (VU) behartigd zijn. Om het belang van de oprichting
van de SRVU te kennen, moeten we terug naar de voorgeschiedenis.
Vanaf de oprichting van de VU in 1880 zijn studenten vertegenwoordigd in zogenaamde
gezelligheidsverenigingen (corpora en verenigingen op levensbeschouwelijke grondslag).
Daarnaast zijn er organisaties die vanuit de universiteit georganiseerde voorzieningen
aanboden (culturele-, sport- en andere vormende organisaties). Deze groepen kunnen
namens de aangesloten studenten een of meerdere vertegenwoordigers afvaardigen in
het enige voor studenten toegankelijke universitaire overlegorgaan, de Civitasraad.
In deze raad zijn alle geledingen van de universiteit vertegenwoordigd. In de praktijk
had de Civitasraad beperkte macht, waardoor de inspraak van studenten bij het reilen
en zeilen van de universiteit beperkt was, en vaak op informele wijze moest worden
georganiseerd. In 1947 wordt door het studentencorps aan de VU de Studentenraad Vrije
Universiteit opgericht ter behartiging van sociaal-economische en onderwijstechnische
belangen van de studenten'. Sociaal-economische belangenbehartiging krijgt pas gestalte
met de oprichting van het bureau studentenbelangen, van waaruit de Studentenraad zijn
activiteiten organiseert. De belangrijkste activiteiten van de raad zijn dan gelegen
in de materië1e belangenbehartiging en het organiseren van bijeenkomsten rond culturele
en politiek-maatschappelijke themata. Daarnaast vertegenwoordigt de raad de belangen
van studenten in verschillende commissies van de Civitasraad. De SRVU vertegenwoordigt
op dat moment in naam alle studenten van de W. Een deel van de verplichte studentenbijdrage
komt dan ook ten goede aan de SRVU. Met de groei van de studentenaantallen na de Tweede
Wereldoorlog neemt de roep om een gestructureerde inspraakmogelijkheid voor studenten
toe. Interne democratisering wordt een strijdpunt, zowel binnen de overkoepelende
studentenorganisaties als op het niveau van universitair bestuur. Op landelijk niveau
wordt de macht van de corpora en de studentenhiërarchie in de Nederlandse Studentenraad
(NSR) met succes ter discussie gesteld, in eerste instantie door de Studentenvakbeweging
(SVB). Het gevolg hiervan is dat de bij de NSR aangesloten grondraden (waarvan de
Studentenraad VU er dus een is) ook moeten democratiseren. Dit luidt het einde in
van het a-politieke karakter van het gros der traditionele studentenorganisaties.
De SVB zet de toon. Er vindt een bewustzijnsverandering plaats onder studenten, waardoor
eisen inzake verbetering van de sociaal-economische positie van studenten, inspraakmogelijkheden
in het universitair bestuur e.d. langzaamaan gemeengoed worden.
Voor de eerste verkiezingen voor de grondraad SRVU formeren zich kiesverenigingen,
ten dele rond de traditionele gezelligheidsverenigingen, ten dele als meer politiek
ge6ngageerde groepen. Het is overigens niet zo dat het hier een waterscheiding betreft:
een deel van het kader van de SVB was en blijft gewoon lid van het corps. Wat de SVB
onderscheidt van de gezelligheidsverenigingen, is een uitgewerkte politieke visie.
Dit verschil is niet blijvend. De nieuwe kiesverenigingen, gedwongen zich een politieke
visie aan te meten, nemen punten van het SVB-program over (niet zo verwonderlijk,
daar het programma van de SVB een uitwerking is van problemen waar bijna elk lid van
de studentenpopulatie mee te maken krijgt en waarover een zekere consensus bestaat).
De plaats van de SRVU binnen de studentenverenigingen wordt als gevolg van het interne
democratiseringsproces in de eerste plaats duidelijker afgebakend en bovendien van
groter gewicht. Vanaf 1964 is de SRVU spreekbuis van wat genoemd wordt de algemene
studentenbelangen, en ondanks een trage groei slaagt de SVB er in aan het eind van
de jaren 160, net als in de NSR, zich binnen de SRVU te profileren als belangenbehartiger
pur sang'. De SVB is er in geslaagd de studentenbelangen het best te behartigen, de
oppositiepartijen trekken zich terug waardoor de jaarlijkse verkiezingen voor de studentenraad
overbodig worden. Vanaf 1969 verandert de organisatiestructuur van de SRVU. De beleidsraad
wordt het beleidsbepalende orgaan en benoemt zowel de leden van het bestuur als de
leden van de verschillende SRVU-commissies. In de beleidsraad hebben in principe individuele
leden zitting. De meeste bezoekers zijn echter afgevaardigden van bij de SRVU aangesloten
progressieve (sub)faculteitsverenigingen.
De SRVU sluit de jaren zestig, waarin de organisatie zo ingrijpend veranderde, af
met de eerste tegen de universiteit en haar bestuurders gerichte actie: de bezetting
van het Provisorium in 1969 met als inzet interne en externe democratisering van de
universiteit. Dit onderwerp speelt al jaren en zou nog jaren de discussie binnen de
universiteit beheersen. Na deze bezetting raakt de studentenbeweging aan de VU in
een impasse, de activisten zijn teleurgesteld over de resultaten van de actie. Een
nieuwe groep activisten gaat zich vanaf het begin van de jaren zeventig bezig houden
met onder meer een ideologische herori6ntering. op een aantal faculteiten worden Rode
Eenheden gevormd, die zich verenigen in het studentenblad Krak. Het kader, de Krak-groep,
bezint zich op de plaats van wetenschap en introduceerde de 'Sosjalistische studie'.
Dergelijke initiatieven vinden weinig gehoor bij de achterban en de SRVU kiest er
voor zich te scharen achter het Politieke Vakbondsconcept, zoals de meeste landelijke
bonden. Vanaf dat moment vormen de faculteitsgroepen de spil van de SRVU. Zij vaardigen
leden af naar de beleidsraad en bepalen zo het beleid van de universitaire vakbond
SRVU. Het politieke vakbondsconcept bepaalt tot 1977 het SRW-beleid. In de jaren zeventig
worden de activiteiten van de SRVU in belangrijke mate bepaald door de strijd voor
democratisering en tegen het overheidsbeleid, waaronder de acties tegen collegegeldverhogingen
(op de VU krachtig bijgezet met dertien bezettingen) en tegen het beleid inzake de
studiefinanciering. Andere actiepunten concentreerden zich rond de herstructurering
(het voorstel om de studieduur te verlagen naar 4 jaar) en de bestuurlijke hervormingen.
Het vraagstuk van de politieke discriminatie en de bijzondere status van de VU (rol
van de Vereniging op Gereformeerde grondslag, de doelstelling van de VU) blijven de
gehele geschiedenis door een rol van betekenis spelen. Buitenlandacties blijven een
constante in de SRW-geschiedenis. Met name de contacten van de VU met Zuid-Afrika
zijn voor de SRVU-ers onaanvaardbaar en geven herhaaldelijk aanleiding tot protestacties.
De aandachtspunten in de jaren tachtig zijn grotendeels reacties op het overheidsbeleid,
zoals dat in de jaren zeventig is ingezet. Er vinden bezettingen plaats uit protest
tegen de operatie Taakverdeling en Concentratie (TVC) in 1983 en de Studiefinancieringsplannen
in 1985. Kleinere bezettingen en demonstraties richten zich tegen de al genoemde bestuurlijke
hervormingen, verkortingen van de cursusduur (invoering van de Tweefasen-structuur)
en tegen algemene bezuinigingen op het Hoger Onderwijs.
Het 'buitenlandkomitee' organiseert twee grote solidariteitsacties: VU voor Nicaragua
in 1986 en Vrije Universiteit voor een Vrij Zuid-Afrika in 1987. Daarnaast zoekt men
aansluiting bij landelijke acties tegen Shell.
DE ORGANISATIE VAN DE SRVU
Vòòr 1964
Een ledenraad. deze vergadert maandelijks. Leden zijn de vertegenwoordigers van stemgerechtigde,
gezelligheids-, faculteits- en sociaal-culturele verenigingen. Daarnaast is een aantal
niet-stemgerechtigde organisaties lid. De leden van het bestuur worden door cobptatie
benoemd. De voorzitter komt altijd uit het Corps. Er zijn twee actieve commissies:
commissie buitenland en commissie-onderwijs. De SRVU is vertegenwoordigd in de Civitasraad
en de Nederlandse Studenten Raad (NSR).
1964-1971
De ledenraad is samengesteld uit 25 individuele leden, die in jaarlijkse verkiezingen
direct gekozen worden uit kiesverenigingen. De ledenraad kiest uit haar midden het
bestuur en de afgevaardigde naar de NSR. Voorzitters van commissies ('kommissie-buitenland',
'kommissie-onderwijs', 'kommissie-sociaal' en 'kommissie-pers en publiciteit') worden
uit de ledenraad benoemd. In 1969 houdt de ledenraad op te bestaan. Tot 1971 wordt
een bestuur op informele wijze aangezocht. Ook in deze periode is de SRVU vertegenwoordigd
in de Civitasraad en de NSR.
Vanaf 1971
Er zijn geen verkiezingen voor de ledenraad meer. De Ledenraad wordt Beleidsraad.
Deze vergaderde eerst tweewekelijks, later maandelijks. Aangesloten verenigingen vaardigen
vertegenwoordigers af naar de beleidsraad; zij worden geacht ruggespraak met de leden
van de (sub)faculteitsverenigingen te houden. Het lidmaatschap van enkele faculteitsverenigingen
en de SRVU is gekoppeld. Het bestuur wordt door co6ptatie benoemd. Er is een viertal
commissies actief: -buitenland, onderwijs, sociaal en -organisatie. De SRVU is vertegenwoordigd
in het Landelijk Overleg Grondraden (LOG)en de Universiteitsraad, vanaf 1973 door
steun aan de Progressieve Kiesvereniging (PKV). Tussen 1980 en 1984 is er geen ledenvergadering.
In mei 1984 wordt de maandelijkse beleidsraad opnieuw ingesteld. De aanwezigen zitten
op persoonlijke titel. 'Buitenlandkomitee' en 'onderwijskomitee' zijn de enige comitds
met een bepaalde mate van continuïteit. Daarnaast functioneren er enkele ad-hoc comités
('Stufi-komitee', 'Vrouwenvuist' 'De Geplukte Kip'). De SRVU is indirect vertegenwoordigd
in de Universiteitsraad via de PKV. Met wisselende intensiteit is de SRVU ook actief
in de Landelijke Studenten Vakbond (LSVB).
Commissies en comités
Het 'buitenlandkomitee'. Dit is actief vanaf het begin van de jaren vijftig, en heet
dan commissie buitenland. Over deze periode is geen materiaal in het archief opgeslagen.
Belangrijkste activiteit van het 'buitenlandkomitee'/de 'buitenlandkommissie': incidentele
informatieve avonden, contacten met buitenlandse studentenorganisaties en individuele
studenten, het organiseren van studiereizen. Later worden groepen in het leven geroepen
die zich (meestal als gevolg van internationale politieke ontwikkelingen) specifiek
bezig houden met het organiseren van informatieavonden, acties en materiaal verzamelen
over den land of regio. In het archief bevindt zich onder meer materiaal over Vietnam,
Zuid(elijk) Afrika, Oost Europa en Midden en Zuid Amerika. Deze groepen richten hun
aandacht ook op de contacten die de VU als universitaire instelling onderhoudt met
buitenlandse universitaire instellingen of personen, zoals in Nicaragua, Vietnam en
ZuidAfrika.
'Sektie Sociaal', 'Kommissie Sociaal': Is vanaf de oprichting van de SRVU belast
met onder meer de materiële belangenbehartiging (het 'reduktieburo'), studentenhuisvesting
en studentenverzekeringen. Onderafdelingen van deze sectie verdiepen zich in de positie
van de vrouw binnen de SRVU en de universitaire wereld, de realisatie van een kresj
en de z.g. 'sexpol' groep. 'Onderwijskomitee': coördineert discussies binnen de SRVU
met betrekking tot de inhoudelijke visie op de inhoud en de functie van het wetenschappelijk
onderwijs. Leidt acties tegen bestuurlijke hervormingen (vanaf 1968, later samen met
de 1Sektie Demo') en tegen de z.g. Terloopse Centralisatie. Daarnaast discussie over
herstructurering/herprogrammering van het wetenschappelijk onderwijs (met name standpunt
tegen de verkorting van de studieduur).
In de jaren tachtig houdt het 'onderwijskomitee' zich bezig met de coördinatie van
acties tegen de operatie Taakverdeling en Concentratie en organiseert naar aanleiding
van de invoering van de Tweefasen-structuur een enquête onder VU-studenten over dit
verkorte studieprogramma. In de jaren tachtig houdt men zich bezig met de Wet op het
Wetenschappelijk Onderwijs (WWO) die in 1986 van kracht wordt.
'Demokratiseringskomitee', 'Demo-sektie', 'VU-comité demokratisering'. Houdt zich
bezig met (interne en externe) democratisering van de universitaire instellingen en
die van de VU in het bijzonder. Afvaardiging naar 'LOG-Demo'.
'Herstruktureringskomitee'. Dit richt zich op de problemen rond de herstructurering
van het wetenschappelijk onderwijs (met name wordt stelling genomen tegen de nota
Posthumus uit 1968 en de nota Hoger Onderwijs Voor Velen van minister Pais uit 1978,
later uitmondend in de wetgeving rond de Tweefasenstructuur).
Andere bronnen
- Voor de periode 1947-1968 zijn de activiteiten van de SRVU traceerbaar in het archief
van de Civitasraad van de Vrije Universiteit. Dit archief bevindt zich bij de Afdeling
Posten Archiefzaken van de VU. - Over de activiteiten van de SRVU in de jaren 1964-1968
bevinden zich de nodige archiefstukken, afkomstig van Marius Ernsting , in de Collectie
Nederlandse Studentenbeweging van Ger Harmsen (IISG). - Van de periodieken zijn vooral
Ad Valvas, het universiteitsblad van de VU en daarnaast het onafhankelijke, maar aan
de SRVU gelieerde studentenblad Pharetra van belang (laatstgenoemd blad is opgenomen
in de bibliotheek van het IISG). - De archieven van Stennis, Vluggout en Frontaal,
studentenperiodieken uit de jaren tachtig, bevinden zich bij de SRVU. - Een deel van
de pamfletten en affiches van de SRVU is op een eerder tijdstip overgebracht naar
de afdeling Sociale Bewegingen van de Universiteit van Amsterdam (deze afdeling is
inmiddels gehuisvest in het gebouw van het IISG).
Noten
1. Zie voor een gedetailleerde geschiedenis van de SRVU: Rend van den Berg, Ineke
Deurwaarder en Mans Kuipers, Bijzondere studenten. 40 Jaar studentenbeweging aan de
Vrije Universiteit. Amsterdam: VU Uitgeverij, 1989.
2. Rik Vuurmans, Plaatsingslijst van het archief van de Algemene Studenten Vereniging
Amsterdam 1945-1986. Amsterdam: Stichting Beheer IISG, 1989.
Onderwerpen
Subjects:
Youth and students movements
Education
Science and technology
Geographic names:
Netherlands
Personal names:Burggraaff, Erica Rutgers, Victor
Corporate names: ASVA Landelijk Overleg Grondraden (LOG) Nederlandse Studentenraad (NSR) Studenten Vakbeweging (SVB) Vrije Universiteit
Genre of the material:
Archival material
Corporate names: Studentenraad Vrije Universiteit (SRVU)
Corporate names: Landelijk Overleg Grondraden (LOG)
Creator: Studentenraad Vrije Universiteit (Amsterdam)
Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis
( Cruquiusweg 31 , 1019 AT Amsterdam , Nederland )