Ordening
Toen de archieven werden overgebracht naar het IISG was er sprake van één archief,
terwijl het in werkelijkheid om twee archieven gaat: de archieven van Kees Boeke en
Beatrice Boeke-Cadbury en van 'de Werkplaats', die vermengd geraakt waren. Aan de
ordening van de archieven is door Julia Boeke begonnen met de bedoeling een inventaris
te maken. Na verloop van tijd is dit werk overgenomen door Cees Smit waarbij ernaar
is gestreefd de bewerkelijke ordening van de ingewikkelde archieven op zo eenvoudig
mogelijke manier te voltooien. Het resultaat zijn twee inventarissen die het karakter
hebben van gerubriceerde plaatsingslijsten waarbij niet op alle punten is voldaan
aan de officiële ordeningsvoorschriften, maar die toch een voldoende ingang bieden
op de archieven.
De splitsing van beide archieven gaf op een aantal punten problemen. De vermenging
had met name plaats gevonden bij de correspondentie opgenomen in de rubriek "openbare
leven" (inv.nrs. 305-363), als gevolg van het feit dat Kees Boeke niet alleen zijn
correspondentie ten dienste van 'de Werkplaats', maar ook vaak zijn persoonlijke correspondentie
via het secretariaat van 'de Werkplaats' liet lopen. Bovendien drukte Kees Boeke zijn
persoonlijke stempel dermate nadrukkelijk op het functioneren van 'de Werkplaats'
dat het moeilijk was te bepalen wanneer correspondentie namens hem persoonlijk of
namens 'de Werkplaats' gevoerd werd.
Er is gekozen voor handhaving van deze aangetroffen orde, omdat vanwege bovenstaande
omstandigheden een splitsing in persoonlijke en 'Werkplaats'-correspondentie onmogelijk
was. Voor de 'Werkplaats'-correspondentie moet dus ook gekeken worden naar de inv.nrs.
305-363.
Het probleem t.a.v. vermenging van de twee archieven deed zich ook voor bij de stukken
betreffende onderwijs. Kees Boeke was aktief in, en had kontakten met verschillende
organisaties in zijn hoedanigheid van leider van 'de Werkplaats', maar ook op persoonlijke
titel. Uitgangspunt bij de splitsing is geweest dat de stukken betreffende de aktiviteiten
die tot de taakuitvoering van 'de Werkplaats' gerekend moeten worden, in het archief
van 'de Werkplaats' geplaatst dienden te worden (inv.nrs. 290-311). De overige stukken
zijn geplaatst in het archief van Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury . (inv.nrs.
491-568).
De stukken die over 'de Werkplaats' gaan (inv.nrs. 569-593) zijn beschouwd als persoonlijk
archief van Kees BoekeDe inventaris van het archief van 'de Werkplaats' heeft alleen
betrekking op de periode waarin Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury bij 'de Werkplaats'
aangesloten waren. Stukken uit de periode na het afscheid van Kees Boeke en Beatrice
Boeke-Cadbury in 1954 zijn niet aanwezig op het IISG , behoudens stukken behorende
tot het persoonlijk archief.
De correspondentie die in het archief is opgenomen (inv.nrs. 22-93) werd als zodanig
aangetroffen; ook hier is dus gekozen voor handhaving van de oude orde.
Eerder is al opgemerkt dat voor raadpleging van 'Werkplaats'- correspondentie ook
gekeken moet worden naar de inv.nrs. 305-363 in het archief van Kees Boeke en Beatrice
Boeke-Cadbury .
De verslagen van de besprekingen van de werkers en medewerkers zijn in dezelfde rubriek
opgenomen als de notulen van het stichtingsbestuur (inv.nrs. 1-19). Hier zijn dus
geen cesuren aangebracht op basis van de organisatorische veranderingen die zich voordeden,
maar is er gekozen voor een chronologische indeling waarmee de overzichtelijkheid
het meeste gediend is. De foto's die betrekking hebben op 'de Werkplaats' zijn overgebracht
naar de afdeling Beeld en Geluid van het IISG en in een globale beschrijving opgenomen
in de bijlage. .
Wat betreft de volledigheid van het archief moet worden opgemerkt dat Kees Boeke
en Beatrice Boeke-Cadbury in de periode 1923-1935 geen gebruik wensten te maken van
o.m. de posterijen. Dit misschien verklaart het feit dat er uit deze periode weinig
correspondentie aanwezig is, alhoewel dit niet het geval is bij de correspondentie
met Kees Boeke 's moeder (inv.nrs. 46-95) en met de kinderen (inv.nrs. 99-162). De
brieven die de ouders van Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury ontvingen zijn uit
praktische overwegingen opgenomen in de rubriek "familiecorrespondentie", om de rubrieksindeling
niet nog ingewikkelder te maken en om te voorkomen dat voor deze correspondentie in
meerdere rubrieken gezocht moet worden.
De ordening van de beschrijvingen is voornamelijk chronologisch, maar deze chronologie
is doorbroken waar de stukken van Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury gescheiden
van elkaar werden aangetroffen, en waar het voor de overzichtelijkheid wenselijk was
stukken met dezelfde redactionele vorm bij elkaar te plaatsen.
De familiefoto's die vooral van belang zijn in verband met het archief zijn hierin
achtergebleven (inv.nrs. 724-826). Daarbij moet worden opgemerkt dat een aantal foto's
betreffende het openbare leven (inv.nrs. 773-809) samen met de familiefoto's in albums
waren geplakt en dus niet konden worden afgezonderd.
Boeken die met het archief zijn meegekomen zijn via een collectiecode terug te vinden
in de bibliotheek computer.
Uit het archief is niets vernietigd; het heeft een omvang van 12.50 m.
De aanvulling 1991 (inv.nrs. 836-840 en 335-355) betreft stukken waarvan de archieven
van C. Boeke en B. Boeke-Cadbury en van "de Werkplaats" al op het IISG aanwezig waren,
en waarvan inventarissen zijn gemaakt. De nummering van de onderstaande plaatsingslijsten
sluit aan op die van de inventarissen. De plaatsingsnummers 339-352 van het archief
van "De Werkplaats" zijn door brand zwaar beschadigd.
Het film- en geluidmateriaal is in de bijlage globaal beschreven en als aparte collectie
opgenomen bij de afdeling Beeld en Geluid van het IISG , evenals de foto's betreffende
het openbare leven en de negatieven op glas en lantaarnplaatjes op glas:
I. Audio-visueel materiaal
Film
Werkplaatsfilm (8 mm)gemaakt door Herman Bongers. 1939. 11 spoelen, 2 ex.
Werkplaatsfilm van van Malsen (16 mm). Z.j. 1 spoel. "Kijkjes in een Werkplaats Kindergemeenschap".
Z.j. 1 Filmstrook (35 mm).
"Tiendesprongen". Z.j. 1 filmstrook (35 mm).
De Projectie Onderwijs Centrale. Z.j. 9 filmstroken (35 mm).
De UNESCO. Z.j. 8 filmstroken (35 mm).
"Kees Boeke 70 jaar". 1954. 1 film (8 mm).
De verhuizing van Paula Boeke. 1955. 1 film (8 mm).
Het huis van Daniël en Elizabeth, "Logan Hill" in de VS. 1957. 1 film (8 mm).
Geluid
"Vredesboodschap", uitzending van 'de Werkplaats' voor de NCRV. 1949. 2 grammofoonplaten.
N.B. Zie ook het archief van 'de Werkplaats', inv.nr. 277.
Uitvoering van de "Johannes Passion" o.l.v. C. Boeke in 'de Werkplaats', afscheidscadeau
van de werkers. 1954. 6 grammofoonplaten.
"Die Kunst der Fuge" door 'de Werkplaats'. Z.j. 16 grammofoonplaten.
N.B. Zie ook het archief van 'de Werkplaats', inv.nr. 277.
Toespraken van B. Boeke-Cadbury en Julia Boeke tijdens de reünie van 'de Werkplaats'.
1972. 1 geluidsband.
Requiem "In Memoriam Kees Boeke" van Andries Hartsuiker. 1966. 1 geluidsband.
II. Foto's
N.B. Zie ook het archief van C. Boeke en B. Boeke-Cadbury, inv.nrs. 773-776, 778-779,
783, 785-787, 794, 800-802, 809.
Werkplaatsfoto's. 1928, 1930-1953, 1955-1956, 1958-1959.
Tentoonstelling over 'de Werkplaats', opgeplakte foto's en teksten.
Foto's van de Paasconferentie van de WVO. 1937.
Foto's van de school in Suk el Gharb. 1957.
Foto's van het huis van Marie de Monchy. 1962. 1 album.
Foto's van C. Boeke's reis naar de VS. mei-nov.1956.
Foto's van C. Boeke, B. Boeke-Cadbury en Elizabeth Rotten.
Portretten van de ouders van B. Boeke-Cadbury, C. Boeke's moeder, en huwelijksfoto's
van C. Boeke en B. Boeke-Cadbury.
III. Negatieven op glas en lantaarnplaatjes op glas
Lantaarnplaatjes gemaakt in Syrië. 1912.
Lantaarnplaatjes van de "Torry Alexander Mission", gemaakt in Belfast. ca. 1910.
Kleurenfoto op glas, gemaakt in Kyrance door F.J. Stall. 1914.
N.B. Een begeleidende brief van F.J. Stall aan Charles Alexander aanwezig in het
archief van C. Boeke en B. Boeke-Cadbury, inv.nr. 710.
Lantaarnplaatjes van o.a. Charles Alexander en Helen Alexander-Cadbury. ca. 1915.
Negatieven van familiefoto's gemaakt in Engeland. ca. 1914.
Lantaarnplaatjes van familieleden, gemaakt in Engeland. ca. 1914.
Lantaarnplaatjes van B. Boeke-Cadbury met de kinderen in Engeland. ca. 1914.
Negatieven van foto's gemaakt door Ernest Fletcher in Nederland. ca. 1917.
Negatieven van foto's van 'de Werkplaats', o.a. leermiddelen.
13.25 m. meter
Voorwoord
Op tweede Paasdag 3 april 1961 , vond de tweede "Paasmars voor de Vrede" plaats in
Amsterdam. In de voorhoede liepen de organisatoren van de Mars: Rien Buter , zijn
vrouw Rieke Buter-den Tonkelaar , Betty en Kees Boeke en ook Bram Storm , allen op
weg naar het Grand Hotel Krasnapolsky waar een samenkomst was belegd.
Lopend over het Rokin bracht Bram Storm de volgende gedachte naar voren: "Het is
mijn wens herinneringen bijeen te brengen van al degenen die na de eerste wereldoorlog
bij Kees en Betty Boeke in Bilthoven samenkwamen en deel hadden aan werk en strijd
voor vrede en gerechtigheid. Ik zou ook willen horen wat die periode voor al diegenen
heeft betekend. Zou dat mogelijk zijn?"
Het merkwaardige feit deed zich voor dat er binnen de familiekring voorbereidingen
in gang waren voor de viering van de Gouden Bruiloft van Betty en Kees Boeke , in
december van dat zelfde jaar. Dezelfde gedachte: herinneringen en gebeurtenissen die
voor hun kinderen ingrijpend en onvergetelijk waren, speelden daarbij een belangrijke
rol. Beide initiatieven lagen in één lijn! Zo is er een begin gemaakt, niet alleen
van een verzameling herinneringen, foto's en geschriften rond Kees en Betty Boeke
, maar ook van een contact met het IISG .
Bram Storm stelde namelijk vanaf het begin de eis, dat wat hij bijeen zou brengen
te zijner tijd als belangrijk document zou worden overgebracht naar het IISG in Amsterdam,
waar het zo zei hij "thuis" hoorde. De zes verzamelboeken "Ontmoetingen met Kees en
Betty Boeke " (inv.nrs. 260-265) zijn op die manier tot stand gekomen en zouden in
die zin de introductie kunnen vormen tot het Boeke - en "De Werkplaats"-archief.
Op 13 februari 1976 overleed Betty Boeke-Cadbury in haar huis in Abcoude. Op 14 April
nadien werd het gehele archief overeenkomstig haar wens naar het IISG in Amsterdam
overgebracht. Voor sommigen van de nabestaanden was dit moeilijk te verwerken, omdat
het hier om een wel zeer persoonlijk erfgoed en waardevolle nagedachtenis ging: geschriften,
foto's, boeken, documenten, wat niet al. Die waren voortaan nagenoeg onbereikbaar
en daarenboven gemeen-goed geworden.
Eind 1987 nam een medewerker van het IISG de inventarisatie van het archief ter hand.
Begin 1990 was deze arbeid voltooid. Het werk is met enthousiasme, respect en zorgvuldigheid
verricht, waarvoor de familie heel dankbaar kan zijn.
Wanneer het Boeke - en "De Werkplaats" archief binnenkort in het IISG in gebruik
zal worden genomen is het goed te bedenken, dat wat daarin is vervat en wordt prijs
gegeven, niet alleen deel uitmaakt van een stuk "Sociale Geschiedenis", maar meer
nog te maken heeft met Mensen, en verslag doet van menselijke bezieling en gedrevenheid.
Er is sprake van kwetsbare mensen, die het hebben aangedurfd hun leven in dienst te
stellen van de Gemeenschap, geleid door innerlijke overtuiging en geestkracht.
Moge er inspiratie en bemoediging van uitgaan! Op die manier kan de "Mars voor Vrede
" verder gaan en de "fakkel" worden overgenomen en doorgegeven.
Amsterdam, Maart 1990
Julia Boeke
1884-1911
Cornelis (Kees) Boeke werd geboren op 25 september 1884 te Alkmaar. Zijn vader was
Jan Daniël Boeke ( 1842-1902 ), fysicus en directeur van de Rijks HBS in Alkmaar,
zijn moeder Petronella Everharda Oort (1850-1933) . Kees' vader was agnosticus, zijn
moeder lid van de Hervormde kerk. In 1902 deed Kees eindexamen HBS. Hij volgde de
studie voor Civiel Ingenieur (weg- en waterbouwkunde) aan de Technische Hogeschool
te Delft. Hij studeerde in 1910 af op het onderwerp "Breuk na herhaalde belasting".
Het onderzoek hiervoor verrichtte hij in Londen.
Als secretaris en voorzitter van de Delftsche afdeling van de Nederlandse Christen
Studenten Vereeniging (NCSV) en tijdens zijn verblijf in Engeland kwam hij in contact
met Quakers.
Hij maakte kennis met de secretaris van de Friends' Foreign Mission Association (FFMA),
Henry Hodgkin , die zendeling was geweest in China. De gelegenheid deed zich voor
te solliciteren naar de functie van hoofd van de quakerschool in Brummana in Syrië.
Tijdens zijn sollicitatie maakte Kees Boeke kennis met Beatrice Cadbury, lid van the
Candidates Committee en the Syria Committee van de FFMA.
Beatrice Cadbury werd op 28 april 1884 te Moseley Village bij Birmingham geboren.
Haar vader was Richard Cadbury (1835-1899) , die samen met zijn broer George de chocolade-
en cacaofabriek in Bournville leidde.
De Cadbury's waren Quakers. Zij wilden hun ideeën in de praktijk brengen door een
efficiënte bedrijfsvoering te combineren met de zorg voor het welzijn van de werknemers
en veel geld te besteden aan het ondersteunen van charitatieve projecten. De familie
Cadbury was hierin niet uniek; in Engeland waren met name ook de chocoladefabrikanten
Fry en Rowntree op deze wijze aktief.
Beatrice Cadbury's moeder, Emma Jane Wilson (1846-1907), was de kleindochter van
een zakenman, die slachtoffer werd van de industriële ontwikkelingen: hij speculeerde
in het personenvervoer per diligence in een tijd waar de opkomst van de spoorwegen
niet meer te stuiten was. Haar vader vond later werk bij de spoorwegen (1). Emma,
lid van de Anglicaanse kerk, werd na haar huwelijk met Richard Cadbury ook Quaker.
In het gezin heerste een sterk besef dat al te uitbundig leven niet goed was. Toch
beschrijft Beatrice Cadbury-Boeke haar kinder- en meisjesjaren als "intens gelukkig"
(2). In 1894 ging Beatrice na de Froebelschool naar de Edgbaston High School for Girls;
in 1901 ging ze naar de Mount School in York. In 1903 bezocht ze Westfield College
in Londen.
In 1907 verongelukte haar moeder tijdens een wereldreis die ze samen met Beatrice
maakte. Haar vader was al in 1899 in Jerusalem overleden. Beatrice ging nu bij haar
zuster en zwager, Helen en Charles Alexander wonen, in "Tennessee", Moseley. Charles
was evangelist ("de Zingende Evangelist"), en voor zijn missies trok hij met zijn
echtgenote de wereld rond. In deze periode werd Beatrice lid van the Syria Committee
en later van the Candidates Committee van de FFMA.
1911-1914
Op 19 december 1911 trouwden Kees Boeke en Beatrice Cadbury ; uit het huwelijk zouden
acht kinderen geboren worden: Helen (1912), Emma (1914), Paula (1916), Julia (1917),
Candia (1920), Daniël (1921), Theodora (1923) en Marian (1927). In januari 1912 vertrokken
ze naar Brummana waar Kees Boeke zijn werk bij de quakerschool kon beginnen. Na de
geboorte van hun eerste dochter Helen, in november 1912 , en een verblijf in Engeland
en Nederland gedurende de daaropvolgende zomermaanden, besloten Kees Boeke en Beatrice
Boeke-Cadbury hun werk in Syrië voort te zetten in Ras el Metn, meer in het binnenland
gelegen. Het werk bestond hier uit het toezicht houden op dagscholen in de omliggende
dorpen.
Als gevolg van het uitbreken van de eerste wereldoorlog waren ze echter gedwongen
te vertrekken. Het gezin vestigde zich voorlopig in "Tennessee", het huis van Helen
Alexander-Cadbury en Charles Alexander .
1914-1918
Kees Boeke volgde een cursus voor het "Secondary Teachers Diploma" aan de universiteit
van Birmingham, waarna hij een baan vond als leerkracht bij een secondary school.
Hij werd echter ontslagen vanwege zijn anti-militaristische en pacifistische opvattingen,
die hij ook in de klas uitdroeg. Beatrice Boeke-Cadbury en Kees Boeke hadden nu alle
gelegenheid zich aan het werk voor de Quakers in het algemeen en de vrede in het bijzonder
te wijden. In het Centraal Comité van de kort na het uitbreken van de oorlog opgerichte
Fellowship of Reconciliation (FOR) ontmoette Kees Boeke veel vooraanstaande pacifisten.
Hij werd secretaris van de afdeling Birmingham van de FOR. In 1915 ging hij als afgevaardigde
van de FOR naar Duitsland en legde daar contacten met pacifisten, o.a. met Elizabeth
Rotten die werk deed onder krijgsgevangenen, en later een belangrijke rol zou gaan
spelen in de onderwijsvernieuwing. In Engeland grepen Beatrice Boeke-Cadbury en Kees
Boeke iedere gelegenheid aan om te ageren tegen de oorlog; vaak hielden ze toespraken
in zalen, maar ook op straat.
In de herfst van 1916 verliet het gezin "Tennessee" om in een eigen huis te gaan
wonen, samen met Eveline Fletcher, de echtgenote van Ernest Fletcher die wegens dienstweigering
in de gevangenis zat. Nadat zij zich tijdelijk in Wales hadden gevestigd om daar onder
de mijnwerkers anti-oorlogspropaganda te voeren, werd Kees Boeke in staat van beschuldiging
gesteld wegens opruiing. Hij werd veroordeeld tot 6 weken gevangenisstraf en 'deportatie'
uit Engeland.
1918-1929
Na het gedwongen vertrek uit Engeland vestigde het gezin zich in Bilthoven, in "Het
Boschhuis" aan de Nic.Beetslaan. Hier werden hun eerste quakermeetings gehouden, en
"Het Boschhuis" werd steeds meer een ontmoetingsplaats van vrienden en geïnteresseerden.
In december 1918 werd besloten in "Het Boschhuis" een conferentie te houden; hierbij
werd De Broederschap in Christus (BiC) opgericht. Er werd een boodschap verspreid:
"Een Woord aan Allen die der Tijden Ernst verstaan", die besloot met de oproep: "Medechristenen
van alle klassen, van alle kerken, van alle landen, vereenigt u!" (3). In 1924 zou
de BiC deel gaan uitmaken van Kerk en Vrede . In 1919 werd in "Het Boschhuis" een
internationale conferentie gehouden, op initiatief van Ernest en Eveline Fletcher
die bij het gezin Boeke waren komen wonen, en van Henry Hodgkin en Kees Boeke . Er
werd besloten tot de oprichting van een Christelijke Internationale , waarvan Pierre
Cérésole en Kees Boeke de secretarissen werden. Het secretariaat van de Christelijke
Internationale werd korte tijd later verplaatst naar Londen, naar de FOR, die nu IFOR
ging heten. Pierre Cérésole , oprichter van de Service Civile (later Service Civile
Internationale SCI), vertrok naar Noord-Frankrijk voor een eerste experiment van de
SCI, het opbouwen en repareren van in de oorlog vernielde huizen. Dit met het idee
om te komen tot een alternatief voor de militaire dienstplicht. Kees Boeke en Beatrice
Boeke-Cadbury besloten de door hen te betalen verdedigingsbelasting te besteden aan
een positief maatschappelijk doel. Dit werd niet geaccepteerd waarop zij weigerden
verder alle belasting te betalen; dit leidde tot openbare verkoping van de inboedel.
Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury belandden een aantal keer in het Huis van Bewaring
nadat ze op straat hadden gesproken, en na sommatie hadden geweigerd te vertrekken.
Ook vele anderen hadden door hun aktiviteiten kennis gemaakt met het gevangeniswezen,
en vonden dat de bestaande opvattingen over misdaad en straf veranderd moesten worden.
Er werd een apart comité gevormd, Het Comité van Actie tegen de bestaande opvattingen
omtrent Misdaad en Straf , waarvan ook Clara Meyer-Wichmann deel uitmaakte. In 1920
vormde Kees Boeke samen met Lodewijk van Mierop de redactie voor de uitgave van De
Vergetenen, een bundel artikelen, brieven en tekeningen over de situatie in gevangenissen
en huizen van bewaring. Andere belangrijke aandachtspunten waren de opvoeding en het
onderwijs; er werden pedagogische conferenties gehouden waarbij veel ideeën geformuleerd
werden die later in 'de Werkplaats' nader uitgewerkt zouden worden. Als gevolg van
het toenemend aantal aktiviteiten werd "Het Boschhuis" te klein. Er werd op hetzelfde
terrein een nieuw gebouw neergezet, "Het Broederschapshuis", waarin de samenkomsten
en conferenties voortaan konden plaatsvinden en waar de gasten konden verblijven.
De bouw werd gerealiseerd door De Utrechtse Bouw Associatie (UBA), die loon naar behoefte
uitbetaalde.
Van 22-25 maart 1921 werd in Bilthoven een internationale conferentie gehouden, waarbij
werd afgesproken dat een nieuwe organisatie in het leven zou worden geroepen, "in
geval het Haagsch Congres weigert een door ons aanvaardde absolutistische resolutie
aan te nemen" (4). Dit congres van de Internationale Anti-Militaristische Vereeniging
( IAMV ), op 26 maart in Den Haag, kwam niet tot een "absolutistisch antimilitaristisch"
standpunt. Kees Boeke en Pierre Cérésole hadden al een verschil van mening over de
vraag of een alternatief voor de militaire dienstplicht door de regering moest worden
erkend of niet. Dit meningsverschil verdeelde veel anti-militaristen.
Na het congres van de IAMV werd de oprichting van Paco (Esperanto voor vrede) in
de herfst van 1921 een feit. Paco sloot zich aan bij het Internationaal Anti-Militaristisch
Bureau ( IAMB ) (5).
Het secretariaat was eerst in Bilthoven gevestigd, in 1923 verhuisde het naar Londen,
nu War Resisters' International (WRI) genaamd.
Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury waren steeds sterker tot de overtuiging gekomen
dat het niet juist was te profiteren van de aandelen in de fabrieken van de Cadbury
Bros. in Birmingham: "the great war and its appalling consequences have led us to
believe that just the private holding of capital, such as we have done up to the present
time, lies at the root of nearly all the social and economic trouble in the world
to-day", schreef Beatrice Boeke-Cadbury in een brief "To all who are co-operating
in the works known as Cadbury Bros. Ltd" (6). Ze wilde van de aandelen af en overlegde
met de The Bournville Works Men's and Women's Councils, die in de fabrieken functioneerden.
Op 19 mei 1922 werd in Bilthoven door Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury enerzijds
en door de afgevaardigden Tom Hackett en Kathleen Cox anderzijds een overeenkomst
getekend: The Boeke Trust Committee waarin de aandelen werden ondergebracht was een
feit. Van de inkomsten zouden aktiviteiten georganiseerd moeten worden op het gebied
van: "1) Internationalism, 2) Development of the idea of control in industry, 3) The
care and interest of the Boeke family, such as the education of the children, 4) Relief
of the suffering and distress, 5) Work done by the Bilthoven Council, 6) Movements
for working class unity, 7) Social investigation, propaganda and education" (7).
De 'Boeke Trust' hield jaarlijks een conferentie, in de laatste jaren voor de oorlog
werden deze conferenties georganiseerd voor vertegenwoordigers van vredesorganisaties
en vakbonden.
De 17e conferentie zou in 1939 in Bilthoven gehouden worden met als thema "opvoeding
voor de vrede"; door de oorlog kon dit geen doorgang vinden. Na de oorlog werden er
geen conferenties meer georganiseerd.
Binnen de IFOR reageerde men negatief op het afstand doen van de aandelen, men vond
dat het geld beter besteed had kunnen worden aan de organisatie. De BiC was een vrij
gesloten organisatie en het denken van Kees Boeke ontwikkelde zich in een meer 'wereldlijke'
richting. Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury kregen behoefte aan een 'open' beweging,
toegankelijk voor iedereen. Als gevolg hiervan ontstond de 'Bilthovense Beweging';
de beweging kreeg in 1922 de naam Gemeenschapsleiding Bilthoven en gaf het Gemeenschapsblad
uit. De Gemeenschapsleiding Bilthoven wilde een gemeenschap nastreven los van organisatie-
en dwangmiddelen van de staat, waar beslissingen niet met meerderheid van stemmen
zouden worden genomen, maar na algemene overeenstemming.
Kees Boeke zou hiervoor later de term "Sociocratie" gaan gebruiken. Gevolg van deze
stellingname was Kees Boeke 's besluit om niet langer te gehoorzamen aan de wetten
die de staat de burgers oplegt. Als konsekwentie hiervan besloot hij geen gebruik
meer te maken van de voordelen die een staat de burgers biedt: de post, politie, paspoort
en het openbaar vervoer, en tenslotte wilde hij geen geld meer gebruiken. Beatrice
Boeke-Cadbury besloot "na een tijd van aarzeling Kees op deze weg te volgen" (8).
Twaalf jaar lang hield het gezin deze manier van leven vol, waarbij zij gesteund werden
door vrienden en de 'Boeke Trust'. In 1934 zou Kees Boeke zijn stellingname herzien
(9).
Het gezin Boeke werd in deze jaren gedwarsboomd door mensen die het niet eens waren
met deze ideeën en de daaruit voortvloeiende levenswijze. Tenslotte leidde dit er
toe dat het gezin zich in de zomer van 1926 gedwongen voelde "Het Boschhuis" te verlaten
en in tenten te gaan wonen. In november kon het één van de door de UBA gebouwde huizen
in Bilthoven aan de Koekoeklaan betrekken; het huis werd gekocht door de 'Boeke Trust'.
Al vanaf het begin kregen in Bilthoven opvoeding en onderwijs veel aandacht: vanaf
1920 werden er jaarlijks pedagogische conferenties gehouden. De oudste kinderen zaten
vanaf de oprichting in 1919 op de Montessorischool in Bilthoven. Door het niet gebruiken
van geld ontstonden er in 1925 moeilijkheden en besloot Kees Boeke zijn eigen kinderen
zelf les te gaan geven. In 1926 begon het werk in een kamer van een leidster van de
Montessorischool, Mies van der Es. In 1927 werden in het huis van Chy Kerdijk-de Monchy
twee kamers ingericht. Na enige tijd werd haar gehele huis voor de uitvoering van
de ideeën gebruikt.
In Kindergemeenschap schrijft Kees Boeke over de naam 'de Werkplaats': "De reden
waarom ik de naam gekozen heb, is dat ik bij 'school' altijd geneigd ben te denken
aan iemand die 'geschoold wordt' en het mijn bedoeling juist is de kinderen niet te
'scholen', maar hun de gelegenheid te geven door allerlei soort werk zich naar hun
eigen aard en aanleg te ontwikkelen.... Wat ik dus wilde trachten te vormen was inderdaad
een plaats om te werken, vandaar de naam" (10).
De leerlingen werden "werkers" genoemd, de leerkrachten "medewerkers", "degenen die
zich geheel aan het werk geven" (11), en "helpers", "zij die alleen op vaste tijden
komen voor lessen in bepaalde vakken" (12). In 1927 werd de "Bespreking" ingevoerd;
dit was de bijeenkomst van werkers en medewerkers waarin afspraken werden gemaakt,
het werk verdeeld en problemen besproken; één van de werkers werd "leider" en deze
werd geholpen door een "schrijver". De helpers hadden ook hun wekelijkse "Bespreking".
Besluitvorming vond ook hier op Sociocratische grondslag plaats. In 1928 werd Kees
Boeke gearresteerd omdat er geen wettig hoofd aan 'de Werkplaats' verbonden was. Mevrouw
Wolswijk, die een hoofdacte had, wierp zich toen op als hoofd waardoor de inspecteur
'de Werkplaats' als 'school' kon erkennen. Met behulp van vrienden, vooral van mevrouw
Bosman en van de 'Boeke Trust', werden aan de Hobbemalaan een nieuw schoolgebouw en
twee woonhuizen voor de families Boeke en Kerdijk gebouwd, ontworpen door Franz Röntgen
, de zoon van de musicus Julius Röntgen . In 1929 betrokken werkers en medewerkers
het nieuwe schoolgebouw, de twee families vestigden zich in de woonhuizen ernaast.
1929-1945
Kees Boeke gaf in het begin Engels , later nam Beatrice Boeke-Cadbury dit over. Naast
de eerder genoemde medewerkers van het eerste uur waren Greet Mulder , Ina Prins ,
Joop en Willie Westerweel , Jet Kirpensteyn , Hein Herbers en Marie de Monchy de drijvende
krachten achter de ontwikkeling van de idealen van 'de Werkplaats'. In de beginperiode
was er geen financiële basis; de medewerkers leverden hun bijdrage vrijwillig, en
de leermiddelen werden in eigen beheer vervaardigd. In 1933 werd de organisatie van
'de Werkplaats' verder uitgewerkt: de "Medewerkerssamenkomst" kreeg de leiding van
de Werkplaats Kindergemeenschap Bilthoven (WKB).
Medewerkers en helpers kwamen regelmatig bij elkaar en er werden op vaste tijden
"Ouderssamenkomsten" gehouden.
In 1934 werd jaarlijks een Commissie van Beheer uit de Medewerkerssamenkomst samengesteld,
die het financiële beheer uitoefende en de begrotingen en rekeningen opstelde. Ook
was de Commissie van Beheer verantwoordelijk voor de "Medewerkerszorg": de medewerkers
konden geen aanspraak maken op salaris, maar waren afhankelijk van datgene dat door
de WKB beschikbaar kon worden gesteld.
In december 1934 werd de Stichting Kindergemeenschap Bilthoven in het leven geroepen
die zich ten doel stelde de WKB te ondersteunen.
De "Bespreking" bleef bestaan om de dagelijkse gang van zaken in 'de Werkplaats'
goed te laten verlopen.
De Werkplaats Gemeenschap Bilthoven (WGB) werd een afzonderlijk lichaam dat tot doel
had leermiddelen en schoolbehoeften beschikbaar te stellen aan de WKB, maar óók aan
andere scholen. In 1943 werd deze gemeenschap opgeheven.
Handenarbeid werd in de 'de Werkplaats' van wezenlijk belang beschouwd. Hieronder
werd niet het 'vak' handenarbeid verstaan, maar werkzaamheden binnen de organisatie
waarvoor de werkers verantwoordelijk waren: schoonmaken, vervaardigen en repareren
van leermiddelen en meubels, koken, opbergen van leermiddelen en materialen. Ook het
tuinieren rond 'de Werkplaats' en in de tuin van de familie Hulst te Groenekan was
een belangrijk onderdeel van de handenarbeid.
Een andere belangrijke plaats hadden de culturele vakken: muziek, toneel, tekenen
en rytmiek. Het musiceren en toneel spelen vormden zelfs een onlosmakelijk deel van
het leven in 'de Werkplaats'; er werden vanaf het begin in 1926 uitvoeringen verzorgd.
Dagelijks werd na de lunch de "Siësta" gehouden. De werkers rustten in ligstoelen,
sommigen sliepen, anderen luisterden naar muziek, o.a. van Mozart , Haydn en Bach
. Daarna werd een half uur buiten gesport. Wekelijks werden het "Weekbegin" en "Weekslot"
gehouden, waarbij de werkers soms werden toegesproken door Kees Boeke , er werd gezongen,
voorgedragen en toneel gespeeld. In 1928 werd begonnen met de Bij, een schoolblad
samengesteld en uitgegeven door de werkers. In 1931 werd er voor het eerst een werkkamp
georganiseerd in Hulshorst. Er volgden er nog meer, o.a. het gedenkwaardige vaarkamp
op de "Prins Hendrik" in 1934 van Amsterdam via Dordrecht, Zijpe en Veere naar Gent
en weer terug naar Amsterdam, de kampen op Terschelling en in België en Frankrijk,
en in de oorlogsjaren in Putten en Nunspeet.
'De Werkplaats' leidde in de eerste jaren niet op voor examens. In 1933 besloten
de medewerkers een vast schema voor de te onderwijzen vakken en een daaraan gekoppeld
proevensysteem te ontwikkelen en eigen 'Werkplaats'-diploma's te verstrekken.
Deze diploma's hadden kleuren die hetzelfde waren als die van de groepen waarin de
werkers zaten; zo was er een paarse groep, een blauwe, een groene, een gele en een
oranje groep.
Vanaf 1934 werkten 'de Werkplaats', de Pallas Athene school in Amersfoort en de ULO-afdeling
van de Bussumse Montessorischool bij de ideeën over onderwijsvernieuwing en bij de
ontwikkeling van diploma's al nauw samen. In 1938 werd door Kees Boeke , J.H. Bolt
(hoofd van de Pallas Athene school) en L.H. Fontein (hoofd van de Bussumse Montessorischool)
de Stichting het IVO-diploma in het leven geroepen, die haar leerlingen ter afsluiting
een diploma uitreikte. Kees Boeke e.a. wilden ook een opleiding voor leerkrachten
bij het vernieuwingsonderwijs; in 1938 ging in 'de Werkplaats' de Bilthovense Aanvullingscursus
van start. Deze cursus werd in de oorlogsjaren geleidelijk gestaakt, na 1945 zouden
de ideeën voor een opleiding van leerkrachten bij nieuwe scholen weer opgepakt worden.
In 1939 startte 'de Werkplaats' de aktie "Jeugd-Hulp voor Vluchtelingen" uit verontwaardiging
over het aan de grens terugsturen van vluchtelingen uit Duitsland. In Den Dolder woonde
toen een groep Joodse kinderen uit Polen; 'de Werkplaats' en de 'Jeugd-Hulp' wilden
hen helpen en het onderwijs verzorgen. Resultaat was dat de gemeente het gebouw "Eickenrode"
beschikbaar stelde; hier draaiden de kinderen met het 'Werkplaats'-programma mee totdat
ze uit elkaar gingen om op andere plaatsen in het land ondergebracht te worden. In
1941 kregen scholen de opdracht de namen van de Joodse kinderen op te geven.
Beatrice Boeke-Cadbury en Jeanne Caland gingen lessen geven aan de Joodse kinderen
die 'de Werkplaats' hadden verlaten. Na verloop van tijd kwamen Joodse kinderen toch
onder andere namen naar 'de Werkplaats', terwijl ze onderdoken bij medewerkers.
Toen 'de Werkplaats', "Eickenrode" en het woonhuis van de Boeke 's door de Duitsers
werden gevorderd moest het gezin verhuizen naar de Gezichtslaan.
1945-1954
Direct na het eindigen van de oorlog verspreidde Kees Boeke zijn in 1944 geschreven
brochure "Redelijke ordening van de mensengemeenschap", waarin hij zijn (quaker-)ideeën
over Sociocratie uiteen zette en aangaf hoe hij de organisatie en het bestuur van
ons land uitgevoerd zou willen zien (13).
Als alternatief voor dictatuur en parlementarisme zag hij een democratie van de gemeenschap
door de gemeenschap.
Buurtschappen zouden de bases moeten vormen voor overleg, besluitvorming zou in wijken
en districten moeten plaatsvinden, waarbij geen gebruik gemaakt mocht worden van het
systeem van meerderheid van stemmen. Deze ideeën hebben nog steeds veel invloed binnen
verschillende organisaties.
De in 1935 opgerichte Werkgemeenschap voor Vernieuwing van Opvoeding en Onderwijs
(WVO), die in 1936 door de New Education Fellowship (NEF) werd erkend als haar Nederlandse
sectie, kende in Kees Boeke vanaf haar oprichting al een aktief lid en hij was van
1938 tot 1951 redacteur van Vernieuwing van Opvoeding en Onderwijs.
Na de oorlog namen deze aktiviteiten toe en in 1946 werd hij uitgenodigd om deel
te nemen aan een door de NEF georganiseerde reis naar Australië. Daar hield hij veel
lezingen over zijn opvattingen over opvoeding en onderwijs.
In 1935 was er voor het eerst geproken over plannen om tot internationale paviljoenen
te komen; in 1937 werden deze plannen voor een Internationale Kindergemeenschap verder
uitgewerkt, die echter door het uitbreken van de oorlog niet van de grond konden komen.
De plannen werden na 1945 weer opgepakt. Kees Boeke vond dat een International Children's
Community (ICC) niet in één land gevestigd moest worden, maar dat ieder land haar
eigen paviljoen zou moeten hebben; de paviljoenen moesten verenigd worden in één internationaal
lichaam, waar weer op Sociocratische grondslag beslissingen zouden moeten worden genomen.
Van 31 maart t/m 1 april 1949 hield de UNESCO in Parijs een conferentie van hoofden
van internationale scholen. Hier ontvouwde Kees Boeke zijn plannen. Hij wilde een
"Really International Children's Community". De Werkplaats International Children's
Community (WICC) werd opgericht en Kees Boeke reisde door de VS om hulp te krijgen.
Hij kreeg echter te weinig steun om het kostbare project van de grond te tillen.
Na de oorlog brak er voor 'de Werkplaats' een nieuwe periode aan: het werd steeds
meer erkend als gezaghebbend vernieuwend instituut. Dit blijkt ook uit het feit dat
prinses Juliana haar drie oudste dochters in 1945 naar 'de Werkplaats' liet gaan.
In "Grondregelen van de Werkplaats Kindergemeenschap Bilthoven (WKB)" werd nog gesteld:
"Geldelijke steun uit overheidskassen wordt niet aanvaard" (14). In 1946 werd toch
subsidie aangevraagd en toegezegd. Kees Boeke had moeite met deze ontwikkeling, maar
door de groei van 'de Werkplaats' leek het onvermijdelijk.
Organisatorisch moest er, om voor subsidieverlening in aanmerking te komen, veel
veranderen: uit de Medewerkerssamenkomst werd een dagelijks bestuur, de "Leiding"
gevormd. Het voor de subsidietoekenning noodzakelijke stichtingsbestuur kreeg nu de
algemene leiding. Eén van de vereisten om voor subsidietoekenning door het minsterie
in aanmerking te komen was ook de instelling van een eindexamen.
Als gevolg van de oorlogsperiode bestonden er voor 'de Werkplaats' grote huisvestingsproblemen.
Er werd een bouwval aan de Jan Steenlaan verworven, die werd verbouwd en in 1951 in
gebruik genomen. De veranderingen waren voor Kees Boeke moeilijk te accepteren; veel
van de 'oude' idealen kwamen in het gedrang terwijl, en misschien ook doordat, 'de
Werkplaats' door velen erkend werd als plaats van waaruit ideeën over onderwijsvernieuwing
konden ontstaan. Op zijn 70e verjaardag namen hij en Beatrice Boeke-Cadbury afscheid
van 'de Werkplaats' om het volgende jaar naar Libanon te vertrekken voor het verwezenlijken
van de nog niet uitgevoerde plannen om tot een internationale kindergemeenschap te
komen.
1954-1976
Kees Boeke wilde een internationale kindergemeenschap stichten in een samenwerkingsverband
van meerdere kindergemeenschappen over de gehele wereld. In 1954 maakte hij een reis
naar Libanon om met vrienden aldaar te onderzoeken welke mogelijkheden er waren.
In 1955 vertrokken het echtpaar Boeke met twee dochters en een kleinzoon naar Libanon,
om zich tenslotte niet ver van Beiroet in Suk-el-Garb te vestigen. Kees Boeke zou
daar aan het hoofd komen te staan van een nieuw in te richten technische opleiding
aan de al bestaande Libanon Boys High School. Maar door een samenloop van omstandigheden
lukte het hem niet zijn ideeën uit te voeren en in september 1955 vlogen ze weer terug
naar Nederland , waar zij zich in Abcoude vestigden.
In 1957 richtte Kees Boeke zich nog eenmaal tot de vergadering van de Conference
of Internationally minded Schools (CIS) in Parijs met een adres waarin hij zijn plannen
voor een International Children's Community, nu opgezet binnen het kader van de CIS,
uiteenzette (15).
Kees Boeke heeft echter als gevolg van zijn slechter wordende gezondheidstoestand
niet meer aan de uitvoering van deze plannen kunnen werken.
In Abcoude werkte Kees Boeke ideeën uit waaraan hij al eerder in 'de Werkplaats'
had gewerkt: de "Tiendesprongen", een leermiddel voor het uitbeelden van de relativiteit
van de kosmos. In 1957 werd dit werk in de VS en in Engeland uitgegeven onder de titel
Cosmic View, waarna een Nederlandse uitgave verscheen onder de titel "Wij in het heelal,
een heelal in ons". In dezelfde tijd verscheen het in z'n geheel in The Courier van
de UNESCO , waardoor er in de hele wereld kennis van werd genomen.
Kees Boeke had het werk samen met een oud-werker, Els de Bouter , verricht en na verschijnen
werkten zij aan een publicatie over de relativiteit van de tijd, "The great race",
in het Nederlands "Tiendetijden". Dit project kon niet meer door hem volbracht worden:
op 3 juli 1966 overleed Kees Boeke .
Beatrice Boeke-Cadbury zette zich na het overlijden van haar echtgenoot in voor de
verwezenlijking van de Sociocratische ideeën. Ze vertaalde Kees Boeke 's brochure
"Redelijke ordening van de mensengemeenschap" in het Engels , en ze had contact met
Gerard Endenburg, die deze ideeën toepaste in zijn bedrijf en die het boekje "Sociocratie.
Een redelijk ideaal" schreef. Ook schreef ze "Het leven van Kees Boeke ", dat in 1971
werd uitgegeven. Op 13 februari 1976 overleed Beatrice Boeke-Cadbury. Julia Boeke
overleed als laatste van de kinderen van Kees en Betty Boeke op 7 juni 2013.
Verantwoording voor de inventarisatie en richtlijnen voor het gebruik van de inventarissen
Toen de archieven werden overgebracht naar het IISG was er sprake van één archief,
terwijl het in werkelijkheid om twee archieven gaat: de archieven van Kees Boeke en
Beatrice Boeke-Cadbury en van 'de Werkplaats', die vermengd geraakt waren. Aan de
ordening van de archieven is door Julia Boeke begonnen met de bedoeling een inventaris
te maken. Na verloop van tijd is dit werk overgenomen door Cees Smit waarbij ernaar
is gestreefd de bewerkelijke ordening van de ingewikkelde archieven op zo eenvoudig
mogelijke manier te voltooien. Het resultaat zijn twee inventarissen die het karakter
hebben van gerubriceerde plaatsingslijsten waarbij niet op alle punten is voldaan
aan de officiële ordeningsvoorschriften, maar die toch een voldoende ingang bieden
op de archieven.
Inventaris van het archief van C. Boeke en B. Boeke-Cadbury
De splitsing van beide archieven gaf op een aantal punten problemen. De vermenging
had met name plaats gevonden bij de correspondentie opgenomen in de rubriek "openbare
leven" (inv.nrs. 305-363), als gevolg van het feit dat Kees Boeke niet alleen zijn
correspondentie ten dienste van 'de Werkplaats', maar ook vaak zijn persoonlijke correspondentie
via het secretariaat van 'de Werkplaats' liet lopen. Bovendien drukte Kees Boeke zijn
persoonlijke stempel dermate nadrukkelijk op het functioneren van 'de Werkplaats'
dat het moeilijk was te bepalen wanneer correspondentie namens hem persoonlijk of
namens 'de Werkplaats' gevoerd werd.
Er is gekozen voor handhaving van deze aangetroffen orde, omdat vanwege bovenstaande
omstandigheden een splitsing in persoonlijke en 'Werkplaats'-correspondentie onmogelijk
was. Voor de 'Werkplaats'-correspondentie moet dus ook gekeken worden naar de inv.nrs.
305-363.
Het probleem t.a.v. vermenging van de twee archieven deed zich ook voor bij de stukken
betreffende onderwijs. Kees Boeke was aktief in, en had kontakten met verschillende
organisaties in zijn hoedanigheid van leider van 'de Werkplaats', maar ook op persoonlijke
titel. Uitgangspunt bij de splitsing is geweest dat de stukken betreffende de aktiviteiten
die tot de taakuitvoering van 'de Werkplaats' gerekend moeten worden, in het archief
van 'de Werkplaats' geplaatst dienden te worden (inv.nrs. 290-311). De overige stukken
zijn geplaatst in het archief van Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury . (inv.nrs.
491-568).
De stukken die over 'de Werkplaats' gaan (inv.nrs. 569-593) zijn beschouwd als persoonlijk
archief van Kees Boeke .
Wat betreft de volledigheid van het archief moet worden opgemerkt dat Kees Boeke
en Beatrice Boeke-Cadbury in de periode 1923-1935 geen gebruik wensten te maken van
o.m. de posterijen. Dit misschien verklaart het feit dat er uit deze periode weinig
correspondentie aanwezig is, alhoewel dit niet het geval is bij de correspondentie
met Kees Boeke 's moeder (inv.nrs. 46-95) en met de kinderen (inv.nrs. 99-162). De
brieven die de ouders van Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury ontvingen zijn uit
praktische overwegingen opgenomen in de rubriek "familiecorrespondentie", om de rubrieksindeling
niet nog ingewikkelder te maken en om te voorkomen dat voor deze correspondentie in
meerdere rubrieken gezocht moet worden.
De ordening van de beschrijvingen is voornamelijk chronologisch, maar deze chronologie
is doorbroken waar de stukken van Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury gescheiden
van elkaar werden aangetroffen, en waar het voor de overzichtelijkheid wenselijk was
stukken met dezelfde redactionele vorm bij elkaar te plaatsen.
Het film- en geluidmateriaal is in de bijlage globaal beschreven en als aparte collectie
opgenomen bij de afdeling Beeld en Geluid van het IISG , evenals de foto's betreffende
het openbare leven en de negatieven op glas en lantaarnplaatjes op glas.
De familiefoto's die vooral van belang zijn in verband met het archief zijn hierin
achtergebleven (inv.nrs. 724-826). Daarbij moet worden opgemerkt dat een aantal foto's
betreffende het openbare leven (inv.nrs. 773-809) samen met de familiefoto's in albums
waren geplakt en dus niet konden worden afgezonderd.
Boeken die met het archief zijn meegekomen zijn via een collectiecode terug te vinden
in de bibliotheek computer.
Uit het archief is niet vernietigd; het heeft een omvang van 12.50 m.
Inventaris van het archief van 'de Werkplaats'
De inventaris van het archief van 'de Werkplaats' heeft alleen betrekking op de periode
waarin Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury bij 'de Werkplaats' aangesloten waren.
Stukken uit de periode na het afscheid van Kees Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury in
1954 zijn niet aanwezig op het IISG , behoudens stukken behorende tot het persoonlijk
archief.
De correspondentie die in het archief is opgenomen (inv.nrs. 22-93) werd als zodanig
aangetroffen; ook hier is dus gekozen voor handhaving van de oude orde.
Eerder is al opgemerkt dat voor raadpleging van 'Werkplaats'- correspondentie ook
gekeken moet worden naar de inv.nrs. 305-363 in het archief van Kees Boeke en Beatrice
Boeke-Cadbury .
De verslagen van de besprekingen van de werkers en medewerkers zijn in dezelfde rubriek
opgenomen als de notulen van het stichtingsbestuur (inv.nrs. 1-19). Hier zijn dus
geen cesuren aangebracht op basis van de organisatorische veranderingen die zich voordeden,
maar is er gekozen voor een chronologische indeling waarmee de overzichtelijkheid
het meeste gediend is. De foto's die betrekking hebben op 'de Werkplaats' zijn overgebracht
naar de afdeling Beeld en Geluid van het IISG en in een globale beschrijving opgenomen
in de bijlage.
Uit het archief is niet vernietigd; het heeft een omvang van 4,50 m.
NOTEN
(1) Beatrice Boeke-Cadbury , Emma Richard Cadbury (1846-1907). Private edition, z.j.:
p.9.
(2) Beatrice Boeke-Cadbury , Het leven van Kees Boeke . Purmerend 1971: p.30.
(3)Archief Cornelis Boeke en Beatrice Boeke-Cadbury (CB-BBC): inv.nr. 413.
(4)CB-BBC: inv.nr. 434.
(5)CB-BBC: inv.nr. 434.
(6)CB-BBC: inv.nr. 466.
(7)CB-BBC: inv.nr. 466.
(8)Het leven van Kees Boeke : p.76.
(9)CB-BBC: inv.nr. 460.
(10) Kees Boeke , Kindergemeenschap; ervaringen en perspectieven van 'de Werkplaats'
te Bilthoven. Utrecht 1934: p.12.
(11)Kindergemeenschap: p.21.
(12)Kindergemeenschap: p.21.
(13)CB-BBC: inv.nr. 482.
(14)Archief van 'de Werkplaats': inv.nr. 98.
(15)CB-BBC: inv.nr. 567.
Ter inleiding aanvulling 1991 (inv.nrs. 836-840 en 335-355)
De aanvullingen werden in 1991 door het IISG ontvangen. Het betreft stukken waarvan
de archieven van C. Boeke en B. Boeke-Cadbury en van "de Werkplaats" al op het IISG
aanwezig waren, en waarvan inventarissen zijn gemaakt. De nummering van de onderstaande
plaatsingslijsten sluit aan op die van de inventarissen. De plaatsingsnummers 339-352
van het archief van "De Werkplaats" zijn door brand zwaar beschadigd.
De stukken zijn na toestemming raadpleegbaar.
BIJLAGEN: materiaal overgebracht naar de afdeling Beeld en Geluid van het IISGI.
AUDIO-VISUEEL MATERIAAL
FILM
Werkplaatsfilm (8 mm)gemaakt door Herman Bongers. 1939. 11 spoelen, 2 ex.
Werkplaatsfilm van van Malsen (16 mm). Z.j. 1 spoel. "Kijkjes in een Werkplaats Kindergemeenschap".
Z.j. 1 Filmstrook (35 mm).
"Tiendesprongen". Z.j. 1 filmstrook (35 mm).
De Projectie Onderwijs Centrale. Z.j. 9 filmstroken (35 mm).
De UNESCO. Z.j. 8 filmstroken (35 mm).
"Kees Boeke 70 jaar". 1954. 1 film (8 mm).
De verhuizing van Paula Boeke. 1955. 1 film (8 mm).
Het huis van Daniël en Elizabeth, "Logan Hill" in de VS. 1957. 1 film (8 mm).
GELUID
"Vredesboodschap", uitzending van 'de Werkplaats' voor de NCRV. 1949. 2 grammofoonplaten.
N.B. Zie ook het archief van 'de Werkplaats', inv.nr. 277.
Uitvoering van de "Johannes Passion" o.l.v. C. Boeke in 'de Werkplaats', afscheidscadeau
van de werkers. 1954. 6 grammofoonplaten.
"Die Kunst der Fuge" door 'de Werkplaats'. Z.j. 16 grammofoonplaten.
N.B. Zie ook het archief van 'de Werkplaats', inv.nr. 277.
Toespraken van B. Boeke-Cadbury en Julia Boeke tijdens de reünie van 'de Werkplaats'.
1972. 1 geluidsband.
Requiem "In Memoriam Kees Boeke" van Andries Hartsuiker. 1966. 1 geluidsband.
II. FOTO'S
N.B. Zie ook het archief van C. Boeke en B. Boeke-Cadbury, inv.nrs. 773-776, 778-779,
783, 785-787, 794, 800-802, 809.
Werkplaatsfoto's. 1928, 1930-1953, 1955-1956, 1958-1959.
Tentoonstelling over 'de Werkplaats', opgeplakte foto's en teksten.
Foto's van de Paasconferentie van de WVO. 1937.
Foto's van de school in Suk el Gharb. 1957.
Foto's van het huis van Marie de Monchy. 1962. 1 album.
Foto's van C. Boeke's reis naar de VS. mei-nov.1956.
Foto's van C. Boeke, B. Boeke-Cadbury en Elizabeth Rotten.
Portretten van de ouders van B. Boeke-Cadbury, C. Boeke's moeder, en huwelijksfoto's
van C. Boeke en B. Boeke-Cadbury.
III. NEGATIEVEN OP GLAS EN LANTAARNPLAATJES OP GLAS
Lantaarnplaatjes gemaakt in Syrië. 1912.
Lantaarnplaatjes van de "Torry Alexander Mission", gemaakt in Belfast. ca. 1910.
Kleurenfoto op glas, gemaakt in Kyrance door F.J. Stall. 1914.
N.B. Een begeleidende brief van F.J. Stall aan Charles Alexander aanwezig in het
archief van C. Boeke en B. Boeke-Cadbury, inv.nr. 710.
Lantaarnplaatjes van o.a. Charles Alexander en Helen Alexander-Cadbury. ca. 1915.
Negatieven van familiefoto's gemaakt in Engeland. ca. 1914.
Lantaarnplaatjes van familieleden, gemaakt in Engeland. ca. 1914.
Lantaarnplaatjes van B. Boeke-Cadbury met de kinderen in Engeland. ca. 1914.
Negatieven van foto's gemaakt door Ernest Fletcher in Nederland. ca. 1917.
Negatieven van foto's van 'de Werkplaats', o.a. leermiddelen.
Onderwerpen
Subjects:
Pacifism/Peace movements
Education
Social life and customs
Geographic names:
Netherlands
Corporate names: War Resisters' International Internationale Anti-Militaristische Vereeniging ( IAMV) Werkgemeenschap voor Vernieuwing van Opvoeding en Onderwijs
Genre of the material:
Archival material
Personal names: Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Julia Boeke Cees Smit
Corporate names: IISG
Personal names: Kees Boeke Kees Boeke Kees Boeke Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury C. Boeke B. Boeke-Cadbury
Corporate names: IISG IISG IISG
Corporate names: IISG
Personal names: Rien Buter Rieke Buter-den Tonkelaar Betty en Kees Boeke Bram Storm Bram Storm Kees en Betty Boeke Gouden Bruiloft Betty en Kees Boeke Kees en Betty Boeke Bram Storm Kees en Betty Boeke Boeke Betty Boeke-Cadbury Boeke Julia Boeke
Corporate names: Grand Hotel Krasnapolsky IISG IISG IISG IISG IISG Vrede
Personal names: Cornelis (Kees) Boeke Jan Daniël Boeke Petronella Everharda Oort (1850-1933) Henry Hodgkin Kees Boeke Beatrice Cadbury Richard Cadbury (1835-1899) George Emma Jane Wilson Beatrice Cadbury-Boeke Helen en Charles Alexander Charles
Corporate names: Nederlandse Christen Studenten Vereeniging Friends' Foreign Mission Association
Geographic names:
Nederland
Personal names: Kees Boeke Beatrice Cadbury Kees Boeke Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Helen Alexander-Cadbury Charles Alexander
Corporate names: Emma
Personal names: Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Kees Boeke Elizabeth Rotten Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Ernest Fletcher Kees Boeke
Personal names: Ernest en Eveline Fletcher Boeke Kees Boeke Pierre Cérésole Kees Boeke Pierre Cérésole Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Clara Meyer-Wichmann Kees Boeke Lodewijk van Mierop Kees Boeke Pierre Cérésole Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Tom Hackett Kathleen Cox Kees Boeke Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Kees Boeke Chy Kerdijk-de Monchy Kees Boeke Kees Boeke Bosman Franz Röntgen Julius Röntgen
Family names: Boeke Boeke Boeke Kerdijk
Corporate names: Broederschap in Christus Kerk en Vrede Christelijke Internationale Christelijke Internationale Comité van Actie tegen de bestaande opvattingen omtrent Misdaad en Straf Internationale Anti-Militaristische Vereeniging IAMV IAMV Paco Paco Internationaal Anti-Militaristisch Bureau IAMB War Resisters' International Gemeenschapsblad
Personal names: Kees Boeke Engels Beatrice Boeke-Cadbury Greet Mulder Ina Prins Joop en Willie Westerweel Jet Kirpensteyn Hein Herbers Marie de Monchy Mozart Haydn Bach Kees Boeke Kees Boeke J.H. Bolt L.H. Fontein Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Jeanne Caland Boeke
Family names: Hulst
Personal names: Kees Boeke Kees Boeke Kees Boeke Kees Boeke Kees Boeke prinses Juliana Kees Boeke Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury
Corporate names: Werkgemeenschap voor Vernieuwing van Opvoeding en Onderwijs New Education Fellowship UNESCO
Geographic names:
Nederland
Personal names: Kees Boeke Boeke Kees Boeke Kees Boeke Kees Boeke Kees Boeke Kees Boeke Els de Bouter Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Engels Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Julia Boeke Kees en Betty Boeke
Corporate names: UNESCO
Personal names: Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Julia Boeke Cees Smit
Corporate names: IISG
Personal names: Kees Boeke Kees Boeke Kees Boeke Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury
Corporate names: IISG
Personal names: Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury
Corporate names: IISG IISG
Personal names: Beatrice Boeke-Cadbury Emma Richard Cadbury Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Beatrice Boeke-Cadbury Kees Boeke Kees Boeke
Personal names: C. Boeke B. Boeke-Cadbury
Corporate names: IISG IISG